Je voelt al weken leven in je buik en vraagt je af of je baby nog kan draaien. Vooral als je verloskundige het woord stuitligging noemt, schieten er meteen allerlei vragen door je hoofd. Gelukkig is er vaak meer mogelijk dan je denkt. In dit artikel vertel ik je tot wanneer een baby zelf kan draaien, wat een uitwendige versie inhoudt, wat de kansen en risico’s zijn en wanneer je samen met je zorgverlener andere keuzes maakt. Helder, nuchter en met praktische tips waar je direct iets aan hebt.
Wanneer draaien baby’s normaal gesproken?
Vroeg in de zwangerschap wisselen baby’s vaak van houding. Rond de 20 weken liggen veel baby’s nog met het hoofd omhoog. Naarmate de zwangerschap vordert en je baby groeit, daalt het hoofd meestal richting je bekken. Rond 32 weken ligt nog ongeveer een tiende tot een zesde van de baby’s in stuit. Tegen de uitgerekende datum is dat bij een kleine minderheid het geval. Bij de meeste zwangerschappen is de natuur dus je grootste helper.
Je kunt de ligging vaak merken aan waar je trappen en harde bobbels voelt. Twijfel je, vraag dan om een liggingsecho. In veel regio’s hoort een liggingsecho rond 35 weken bij de standaard zorg, zodat je niet voor verrassingen komt te staan. Meer over wat er in die periode verandert, lees je in dit artikel over wanneer je baby indaalt.
Tot wanneer kan een baby draaien in de buik?
De meeste baby’s die nog moeten draaien doen dit uit zichzelf tot ongeveer 36 weken. Daarna wordt het krapper in de baarmoeder en wordt spontaan draaien steeds minder waarschijnlijk. Toch zie ik af en toe dat een baby ook na 36 weken nog van stuit naar hoofdligging draait, vooral bij vrouwen die al eerder zijn bevallen. Hun buik- en baarmoederspieren zijn vaak wat soepeler, waardoor er net iets meer speelruimte is.
Belangrijk om te weten: zelfs als je baby gemakkelijk draait, kan hij soms ook weer terugdraaien. Dat gebeurt vooral wanneer er nog veel vruchtwater is en de baby niet diep is ingedaald. Daarom controleren we de ligging altijd opnieuw in de weken richting de bevalling.
Wat als je baby in stuit blijft liggen?
Blijft je baby in stuit rond 35 tot 36 weken, dan bespreek je samen met je verloskundige of gynaecoloog de mogelijkheden. Vaak zijn er drie routes: nog even afwachten, een uitwendige versie proberen of alvast vooruitkijken naar bevallen in stuit of een keizersnede. Welke keuze past, hangt af van je persoonlijke situatie, je voorkeur en medische factoren zoals hoeveelheid vruchtwater, ligging van de placenta en of je voor het eerst zwanger bent.
Uitwendige versie: hoe gaat het in zijn werk?
Een uitwendige versie is een handeling waarbij een ervaren verloskundige of gynaecoloog je baby via de buik begeleidt naar een hoofdligging. Vooraf controleren we de ligging met een echo en luisteren we naar het hartje. Vaak krijg je een medicijn dat de baarmoederspier ontspant, zodat de baby makkelijker kan bewegen. Je ligt comfortabel met een lege blaas. Met een hand worden de billen uit je bekken gelicht en met de andere hand wordt het hoofd richting beneden begeleid, alsof je baby een rustige koprol maakt. De poging duurt meestal enkele minuten. Na afloop kijken we opnieuw naar de hartslag en de ligging.
Hoe groot is de kans op succes en wat beïnvloedt die?
Gemiddeld lukt een versie bij ongeveer vier tot zes op de tien vrouwen. Ben je al eerder bevallen, dan is de kans vaak hoger dan bij een eerste zwangerschap. Een goede hoeveelheid vruchtwater helpt, net als een niet te ver ingedaald stuitje en een ontspannen buik. Een placenta aan de voorzijde kan het technisch wat lastiger maken omdat er dan minder goed te sturen is. Ook de grootte van de baby en jouw lichaamsbouw spelen een rol. Ontspanning doet veel: rustig ademhalen en je buik laten loslaten maakt echt verschil.
Is een uitwendige versie veilig?
Een versie is in ervaren handen een veilige procedure. Bijwerkingen van het ontspannende medicijn, zoals een snellere hartslag of een warm gevoel, trekken meestal binnen enkele uren weg. Soms is je buik na het duwen een paar dagen gevoelig. Heel af en toe daalt de hartslag van de baby kortdurend, wat bijna altijd snel herstelt. Ernstige complicaties zijn zeldzaam. Ben je rhesus D negatief, dan krijg je na de poging een injectie met Anti D om eventuele antistofvorming te voorkomen.
Wanneer raden we een versie af?
In sommige situaties is een versie niet verstandig. Denk aan een placenta die voor de uitgang ligt, een meervoudige zwangerschap, bepaalde afwijkingen aan de baarmoeder of wanneer je zorgverlener inschat dat de risico’s groter zijn dan de voordelen. Bij een litteken in de baarmoeder na een eerdere operatie weegt de gynaecoloog het samen met jou zorgvuldig af. Veiligheid gaat altijd voor.
Kan een baby na 36 weken nog zelf draaien?
Ja, maar het komt niet vaak voor. De kans is iets groter als je al eerder zwanger bent geweest of als je baby nog niet is ingedaald en er voldoende ruimte is. Merken jij of je verloskundige een plotselinge verschuiving van harde en zachte delen in de buik, dan kan je baby zijn gedraaid. Met een echo is dit snel te bevestigen. Ook dan controleren we in de weken erna of het hoofdje beneden blijft.
Bevallen met stuit: wat zijn de opties?
Als draaien niet lukt of niet verstandig is, bespreek je samen de geboorteplanning. In geselecteerde situaties is een vaginale stuitbevalling mogelijk, mits het hoofdje mooi voorover ligt, het gewicht van de baby passend is en de bevalling vlot verloopt. Voordelen zijn een sneller herstel en minder operatieve risico’s voor de moeder. Soms is een keizersnede veiliger, bijvoorbeeld bij een dwarsligging, een ongunstige inschatting van de bevalling of andere medische redenen. Het doel blijft altijd hetzelfde: een gezonde moeder en een gezonde baby.
Praktische tips om de kans op draaien te vergroten
Ontspanning helpt. Tijdens een versie werkt een rustige ademhaling en een ontspannen buikspierpatroon in je voordeel. Sommige vrouwen kiezen in de weken ervoor voor houdingen die ruimte geven in bekken en buik. Methoden zoals Spinning Babies en moxatherapie worden regelmatig genoemd. De onderbouwing is nog beperkt, maar sommige vrouwen ervaren baat, zeker wanneer je er op tijd mee start en het combineert met goede begeleiding. Zorg in elk geval voor voldoende rust, een lege blaas bij de versie en neem iemand mee voor steun.
Wil je beter begrijpen wat je voelt in je buik in deze periode, dan is dit artikel over vanaf wanneer je je baby voelt een fijne aanvulling.
Persoonlijke noot
Wat mij steeds opvalt tijdens versies is hoe veel ontspanning uitmaakt. Een comfortabele houding, rustig ademen en een helder plan vooraf geven vaak net dat beetje extra ruimte. En als het niet lukt, dan is er alsnog een goed en veilig pad naar de geboorte. De beste keuze is de keuze die past bij jou, je baby en de medische inschatting van je zorgverlener.
Wanneer moet je contact opnemen?
Bel je verloskundige of het ziekenhuis bij toenemende buikpijn, bloedverlies, verlies van vruchtwater of als je je baby duidelijk minder voelt bewegen. Na een versie krijg je altijd mee waar je op moet letten en wanneer je direct contact opneemt. Liever een keer te veel overleggen dan te weinig.
De korte samenvatting: de meeste baby’s draaien spontaan tot ongeveer 36 weken. Blijft je baby in stuit liggen, dan is een uitwendige versie rond 35 tot 36 weken een bewezen en doorgaans veilige optie met een redelijke kans op succes. Lukt draaien niet of past het niet, dan maak je samen een weloverwogen plan voor de bevalling. Rust, goede informatie en vertrouwen in je zorgverleners maken het verschil.
Tot wanneer kan baby draaien in buik en is dat nog normaal?
Veel baby’s draaien uit zichzelf tot ongeveer 36 weken. Daarna neemt de ruimte af en wordt spontaan draaien minder waarschijnlijk, al gebeurt het soms nog, vooral bij vrouwen die eerder zijn bevallen. Twijfel je over de ligging, vraag dan om een liggingsecho. Je zorgverlener bespreekt vervolgens of afwachten, draaien of plannen voor de geboorte het beste past.
Wat is een uitwendige versie en wanneer wordt het aangeboden?
Een uitwendige versie is een draaipoging via de buitenkant van je buik, meestal rond 35 tot 36 weken. De versiekundige begeleidt de baby met beide handen naar een hoofdligging. Je krijgt vooraf controles en vaak een middel om de baarmoeder te ontspannen. De kans op succes is gemiddeld veertig tot zestig procent en hoger bij vrouwen die al eerder zijn bevallen.
Is een versie veilig voor mij en mijn baby?
Ja, in ervaren handen is een versie doorgaans veilig. Tijdelijke bijwerkingen, zoals een snellere hartslag van de moeder of een gevoelige buik, komen voor maar trekken meestal snel weg. De hartslag van de baby wordt voor, tijdens en na de poging gecontroleerd. Ernstige complicaties zijn zeldzaam. Rhesus D negatieve vrouwen krijgen na afloop een Anti D injectie.
Wat als de uitwendige versie niet lukt of mijn baby terugdraait?
Lukt draaien niet, dan kan soms een tweede poging worden overwogen, afhankelijk van de oorzaak en timing. Soms besluit je samen om af te wachten en de bevalling te plannen. Bij een blijvende stuitligging bespreek je de opties: een vaginale stuitbevalling in geselecteerde situaties of een keizersnede. Het doel is altijd de veiligste weg voor jou en je baby.
Kan een baby na 36 weken nog draaien en wat kan ik zelf doen?
Het kan, maar het is zeldzamer. Ontspanning, goede houdingen en voldoende rust helpen. Sommige vrouwen proberen Spinning Babies of moxatherapie. De wetenschappelijke onderbouwing is beperkt, maar als het goed voelt en je zorgverlener het oké vindt, kan het geen kwaad. Bespreek altijd samen wat passend is in jouw situatie en let op het bewegingspatroon van je baby.